Andere kuipplanten (6)
Een fuchsia is eigenlijk ook een kuipplant: ’s winters vorstvrij overwinteren. Daarom is het niet zo verwonderlijk dat veel fuchsialiefhebbers er ook andere kuipplanten op na houden.
ABUTILON
De Abutilon hoort tot de familie van de malva-achtigen en komt voor in de tropische en subtropische gebieden. Deze bekende kuipplant kent wel zo’n 150 soorten in allerlei kruisingen en kleuren. Abutilon megapotamicum, ook wel Belgische vlag genoemd, neemt een aparte plaats binnen het grote assortiment.
overwinteren
Laat de Abutilon zo lang mogelijk buiten staan; deze plant kan zelfs 1 tot 2 graden vorst verdragen. Bij dreigende nachtvorst zet ik deze kuipplant dan tegen het huis aan en daar blijft de temperatuur meestal wat hoger. Als de winter echt invalt moet de Abutilon naar binnen; de ideale wintertemperatuur ligt dan tussen 5 en 10 graden. (De Belgische vlag overwintert graag wat warmer bij minimaal 10 graden.)
Bij het overwinteren kan de Abutilon zelfs in het donker staan al zal hij dan wel zijn blad verliezen, maar de voorkeur heeft toch wel een lichte standplaats. Matig terug snoeien in de herfst is aan te bevelen; laat op de zijtakken 3 ogen staan. De definitieve snoei kan beter in het voorjaar verricht worden als de plant weer gaat uitlopen.
De potkluit licht vochtig houden en mag dus niet uitdrogen.
vormgeving
Vanaf het beginnende stadium van stek of zaailing kan er een struik van worden gekweekt op dezelfde manier als bij de fuchsia: regelmatig wat toppen. Zelf geef ik de voorkeur aan de zuilvorm. Ook hier volgen we de werkwijze als bij de zuil-fuchsia’s. De takken van de Abutilon hebben wel de neiging wat langer uit te groeien. Maar als er tijdens de bloei een zijtak zomaar verdort, kan die worden weggeknipt doordat een verse tak daaronder het gat wel opvult. De top kan er op de gewenste hoogte uit en de Abutilon is weer toonbaar.
verzorging
In het vroege voorjaar als de Abutilon weer gaat uitlopen, wordt hij overgepot in een goed doorlatende potgrond; niet alleen de plant kan nu verder worden teruggesnoeid, maar ook van de wortels kan rustig wat weggenomen worden. Wacht bij het snoeien wel totdat in de oksels leven komt; knip dan terug tot 1 of 2 ogen boven de uitloper. Als die tak weer 2 ogen heeft, top dan nogmaals. Laat de takken dan doorgroeien; ze worden wel wat lang en kunnen worden opgebonden naar de hoofdstam toe. Haal in het begin de knoppen er uit voor een goede groei.
Half mei gaat de plant naar buiten en moet dan worden afgehard. (wennen aan de nieuwe situatie, eventueel bij koude nachten weer even binnen zetten)
De Abutilon kan zowel op een half beschaduwde plaats staan als zonnig. Naar gelang de groei krijgt hij meer water; mest maandelijks met een handje culterra. Als het even kan deze bemesting wat in de bovenste laag potgrond inwerken met een klein harkje of iets dergelijks. Om een doorlopende bloei te bevorderen is het wegnemen van de zaadbollen van belang .
vermeerderen
Net zoals bij de fuchsia nemen we meestal een kopstek, het bovenste deel van een zijtak; gebruiken we wat stekpoeder en plaatsen de stek in een kweekkastje bij een bodemtemperatuur van 20 tot 25 graden. Is de stek wat sterk verhout, haal dan met een scherp mes wat van de bast af.
De Abutilon kan ook heel goed gezaaid worden, al zijn we dan niet zeker welke kleur terugkomt.
ziekten en plagen
Spint, witte vlieg en bladluis willen de Abutilon nogal eens teisteren; op een luchtige plaats waar de wind goed doorheen kan waaien zijn deze problemen goed beheersbaar.
tip
De Belgische vlag is meer een klimmer dan een struik: een klimrek is dan aan te bevelen.